De deadline – moord binnen een schrijverscollectief

 

Voor de vierde keer die week stond Emile aan de rand van het zwembad. De gasten zouden elk moment wakker worden en hun weg naar het zwembad vinden om de dagelijkse baantjes te zwemmen of voor hun yoga rituelen aan de rand van het bad. Elke ochtend was het hetzelfde liedje: ik wil fietsen, ik wil zwemmen, is het ontbijt al klaar.
Het leek zo’n goede beslissing; vertrekken uit het stressvolle Nederland, weg van iedereen. Maar nu was het genoeg geweest, elk jaar werden de gasten veeleisender: je kunt me toch wel even ophalen van het station, is het ver rijden naar die wijnproeverij? Het plezier was er al langere tijd van af.
Emile schoof met zijn voet de stenen van de rand van het zeil dat het zwembad bedekte. De bloedvlek op een van de stenen ontging hem, net als die aan de rand van het zwembad. Een schaduw onder het doek trok zijn aandacht. Hij had het reinigingsapparaat toch uitgezet gisteravond? Of was Ona onder het doek gekropen en in het water beland? Het enthousiasme van de Belgische border collie was moeilijk in toom te houden, maar ze zal toch niet…

‘Goedemorgen, Emile.’ Verschrikt keek hij op naar de opgewekte Susanne, die in haar badpak op haar slippers met een handdoek over haar schouders al zwaaiend het grindpad afkwam. ‘Wat een heerlijke ochtend is het weer, Emile.’
‘Dat was het wel,’ mompelde Emile. ‘Zeker, wat een mooie ochtend, ‘ hij zwaaide vriendelijk terug en begon het doek op te rollen. Elk moment verwachtte hij nat gespetterd te worden door Ona, die onder het zeil vandaan zou komen om zich droog te schudden op de kant. Het arme beest moest doodop zijn van het spartelen.
Susanne opende het lage hekje met het bordje ‘Privata’ erop, en slaakte een hoge gil. Bevrijd van het zwembad doek, dreef Guy in het midden van het zwembad met een blauw aangelopen gezicht. Zijn witte overhemd en beige korte broek waren besmeurd met bloed. Het losse koord om zijn nek danste sierlijk mee met de kleine golfjes in het met bloed vermengde water.

Linda zat overmand door verdriet op een ligstoel bij het zwembad, de troostende woorden van Susanne hoorde ze niet eens. Emile keek toe hoe het lichaam van Guy uit het water werd gehaald, nadat er eerst tientallen foto´s van de plaats delict waren gemaakt. De lijkschouwer stond al klaar naast het zwembad om Guy kort te onderzoeken. Ona lag ontroostbaar te piepen aan de rand van het zwembad.
‘Heeft iemand Martien gezien? En Samantha?’ Marlen probeerde het lawaai van de groep te overstijgen. De schrijversgroep zat op het overdekte terras aan een lange halfgedekte tafel, de meeste stoelen waren bezet. Sommigen zaten druk met elkaar te discussiëren over wat er met Guy gebeurd zou kunnen zijn, anderen keken wat versuft voor zich uit. Het mocht dan een schrijfvakantie zijn, zo vroeg uit je bed getrommeld worden went nooit.
Ewout stond tegen de muur geleund en overzag het gezelschap. ‘Het kan mij niet schelen wat jullie ervan vinden, ik ga aan de wijn,’ zei hij, terwijl hij een trek van zijn sigaret nam en zichzelf en Ron een glas wijn inschonk. Ron was naast hem komen staan en nam een trek van zijn e-sigaret. Hij had al heel wat meegemaakt tijdens zijn carrière bij de KLPD, maar een echt lijk was toch wat anders dan een papieren lijk.
‘Martien is vanmorgen vroeg vertrokken met de racefiets. Ik heb hem nog niet terug zien komen,’ zei Marijke met een trilling in haar stem.
Anja liep driftig heen en weer tussen het terras en de keuken om het ontbijt op tafel te zetten. Ze plaatste een rieten mand met gesneden brood op tafel en een grote schaal met gekookte eieren. Verzonken in gedachten, keek ze om zich heen en verdween weer naar de keuken. Het was beter nu even iedereen bij elkaar te houden om de aandacht af te leiden. Misschien viel er nog wat van te maken vandaag.
‘Even centraal!’ probeerde Marlen tevergeefs.
‘Iedereen, even luisteren!’ De zware basstem van Maarten weerklonk in de vallei. Op slag was het stil.
‘Dankjewel, Maarten. Niet iedereen is hier, zo te zien. Linda en Susanne zijn bij het zwembad. Emile vangt de politie op. Martien is fietsen en Harold ligt te slapen, die slaapt overal doorheen. Weet iemand waar Samantha is?’ Er kwam geen antwoord. Niemand had Samantha die ochtend gezien. Had iemand Samantha überhaupt gezien, ze kwam amper uit haar kamer. De avond ervoor was ze ook al eerder naar haar kamer vertrokken om verder aan haar verhaal te schrijven. Niemand keek ervan op, aangezien haar deadline over 2 dagen was. Ze leek de enige met een goed verhaal.
‘Carolien, kun jij in de kamer naast de jouwe kijken of Samantha op haar kamer is? Xander, kun jij Harold even wakker maken? Het was mij niet gelukt.’ Carolien en Xander verdwenen om de hoek en liepen via het tegelpad langs de zalmkleurig gestuukte gevel van het country house naar de kamers van Samantha en Harold.
‘Luister iedereen,’ ging Marlen verder. ‘Dit is natuurlijk niet zoals deze week gepland was. We zijn hier voor een schrijfcursus en niet voor een moordmysterie. Wat er met onze nieuwe Belgische buurman gebeurd is, weten we niet. Laten we vooral hier blijven tot de politie ons straks komt roepen, het is belangrijk hier te blijven om de sporen niet te besmetten.’
´Ik denk dat het handig is dat iedereen even van uur tot uur uitlegt wat hij of zij gisteravond en vannacht heeft gedaan, zodat we de carabinieri straks te woord kunnen staan. Ik schrijf jullie verklaringen wel op.’ Angela pakte haar laptop en maakte voor iedereen een apart worddocument aan.
‘Ik zat hier gisteravond, net als de rest, gezellig aan tafel,’ stak Alex van wal. ‘Ik heb met Maarten en Martien zitten praten over de series die wij vroeger keken. Volgens mij ben ik rond half twaalf samen met Yfke naar onze kamer gegaan. Ik heb Samantha eerder weg zien gaan, die moest aan haar manuscript werken, zei ze. Volgens mij ging zij om kwart over elf naar haar kamer. De rest zat er nog toen wij weggingen.’
‘Het was zes minuten over half twaalf toen wij naar de kamer gingen,’ corrigeerde Yfke. ‘Ik weet het nog goed, omdat ik op dat moment een berichtje kreeg op mijn mobiel.’
‘Oh, dat is gek,’ kwam Ingrid tussendoor. ‘Ik kreeg ook een bericht op dat tijdstip. Ik heb dat later pas gezien, mijn toestel stond op stil. Maarten en ik zijn een paar minuten nadat Yfke en Alex naar hun kamer gingen, naar onze kamer gegaan. Ik heb verder niets vreemds gezien, hoor.’ Maarten knikte bevestigend.
‘Martien en ik zijn tot kwart voor twaalf gebleven.’ Marijke staarde afwezig over het grindpad. Martien ging wel vaker fietsen, maar meestal was hij na een uur weer terug. Nu was hij al bijna twee uur weg.
´Harold, Inge, Anne-Marie en ik zijn gisteren vijf uur op zoek geweest naar een gitaarsnaar. Daarna zijn we in een restaurant beland en hebben we uitgebreid konijn gegeten. We waren pas tegen middernacht weer terug, toen zat er niemand meer op het terras. Ik ben gelijk naar mijn kamer gegaan.´ Ewout vulde zijn glas en dat van Ron weer aan. Inge en Anne-Marie bevestigden het verhaal van Ewout. ‘Wij hebben nog even wat gedronken op het terras, Harold heeft zijn gitaar zelfs zitten stemmen. Wij zijn om kwart over twaalf naar bed gegaan.’
‘Oh, nu snap ik wat dat geluid was. Ik kon het al niet plaatsen, maar ik hoor wel vaker rare geluiden.’ Alex keek naar Yfke, die met haar ogen rolde.
‘Jongens, wat is hier nu aan de hand?’ Harold ging hoofdschuddend aan de kop van de tafel staan. ‘Xander maakte mij wakker en vertelde me dat Guy dood is aangetroffen in het zwembad. Wat een verhaal, zeg.´ Marlen praatte Harold bij terwijl ieders verklaring werd opgeschreven.
Xander vertelde dat hij en Susanne de vorige avond wat eerder naar bed waren gegaan. Ze waren beiden behoorlijk moe na een dagje kersen plukken en ontpitten.
‘Fijn. Hebben we alle verklaringen zo, Angela?’ Marlen keek over haar schouder mee naar het beeldscherm. Angela liep met haar vinger over het beeldscherm de genummerde documenten na.
´Nee, we missen die van Samantha, Ron en Carolien nog. En jouw verklaring, Marlen.’
‘Oh ja, waar blijft Carolien toch? Zolang hoeft het toch niet te duren. Ingrid, ga jij even kijken?’
Ingrid liep samen met Maarten naar het einde van het lange gebouw, waar de kamers van Carolien en Samantha zich bevonden. De woonkamerdeur van Samantha stond wijd open. Het ochtendlicht speelde met de schaduwen op de melkwitte muren. De witte trap die naar de slaapkamer leidde, was ontsierd met een bruinrood spoor dat naar beneden liep. Carolien lag in haar bloemetjesjurk halverwege de trap. Haar voet was blijven haken tussen de spijlen. Met haar hoofd iets gedraaid, de haren uitgewaaierd, de linkerarm op haar buik en de rechter arm half boven haar hoofd lag ze er bij als in een sprookje. Samantha stond bovenaan de trap en maakte notities op haar laptop: het was een mooie dood.

´Zeg, Marlen. Wat zijn dit voor cursussen die jij geeft? Is dit normaal?’ Ewout keek Marlen gekscherend aan.
‘Ik snap er ook niets van, Ewout. Ik heb altijd hele goede recensies overgehouden aan onze eerdere schrijfvakanties.´
‘Ja, dat kan ik me voorstellen. Je workshop “Hoe maak ik een thriller” kreeg zeker vijf sterren?’ Ewout knipoogde naar Marlen, die er niet echt om kon lachen.
Twee doden en twee vermisten, niet iets om over naar huis te schrijven. Dit mocht niet bekend worden, het zou het einde betekenen van de schrijfvakantie.
In de keuken van het country house galmde het luide gerinkel van een ouderwetse bakelite telefoon.
´Pronto. Si, si.´ Anja legde de hoorn neer en liep naar het terras. ´Luister, iedereen. Luister even. Dat was de politie. Martien is terecht. Hij is op het politiebureau van Barchi.’
Marijke veerde op van haar stoel. ‘Hé, wat? Politiebureau? Wat heeft hij nu weer uitgespookt?’

‘Signore,’ de politieagent verzocht Martien plaats te nemen op de stoel aan de overkant van het wankele houten tafeltje. Het geklik van zijn SPD fietsschoenen op de natuurstenen vloer weerkaatste tegen de grillige muur van het vervallen gebouwtje. Naast de politieagent en Martien was het gebouw verder verlaten, de volledige politiemacht was uitgerukt naar het country house. Beide agenten waren uit hun bed gelicht door de wacht van dienst nadat Emile de melding had gemaakt.
‘Kunt u nog een keer uitleggen wat er nu precies gebeurd is bij country house Montesoffio, signore Martien. Wij hebben een heel goede relatie met de eigenaars en wat u zojuist verklaarde komt nogal ongeloofwaardig over,’ zei de agent in gebrekkig Engels. De spoel van de bandrecorder maakte een storend ritmisch geluid.
‘Wat ik u zojuist vertelde is echt de waarheid,’ Martien friemelde met het koordje van zijn fietshelm, waarin hij zijn plakspullen en fietshandschoenen had gelegd.
‘Vlak voordat ik wilde vertrekken van Montesoffio, zag ik dat de nieuwe buurman Guy in zijn eentje naar het zwembad wandelde. Ik vond dit wat vreemd op dit tijdstip, zeker omdat hij zonder Ona was, maar schonk er verder geen aandacht aan. Ik had mij voorgenomen vandaag een uur te gaan fietsen, de route had ik de dag daarvoor uitgestippeld via internet. Ik wilde op tijd terug zijn, omdat ik een afspraak had met iemand. Ik had een bericht gekregen waarin ik werd gevraagd om 11 uur bij de wijngaard te zijn. De afzender stond er niet bij, ik denk dat het iemand van de schrijversgroep was. Ik heb niet alle telefoonnummers van deze mensen in mijn telefoon staan.’ Martien nam een slok water uit het glas dat de agent voor hem op tafel had neergezet en ging verder. ‘Verderop zag ik Marlen en Samantha bij het zwembad staan. Ook daar schonk ik verder geen aandacht aan, omdat er wel vaker mensen zwemmen zo vroeg in de ochtend. Het zwembad doek was al opgerold, zoals Emile elke ochtend doet. Ik vermoed dat zij mij niet hebben gezien omdat zij mij niet begroette. Vlak voordat ik op de fiets stapte, hoorde ik een dof geluid. Verbaasd keek ik om en zag Guy op de grond liggen. Marlen stond naast Guy met een steen in haar hand. Ik zag dat Samantha naast haar stond, volgens mij had zij een laptop in haar handen, het leek wel alsof zij iets aan het noteren was.’ Martien nam weer een slok water om de droge keel te smeren. ´Guy stribbelde tegen en samen hebben ze hem een draad om zijn nek gedaan, volgens mij zo´n gitaarsnaar. Ze hebben Guy daarna in het zwembad gegooid en het doek er weer over gedaan.’
‘Signore Martien, dit zijn serieuze beschuldigingen.’ De politieagent stopte de bandrecorder en keek Martien strak in de ogen aan, om te zien of Martien de waarheid sprak. ´Heeft iemand u gezien?’
‘Ik denk het niet. Ik ben gelijk op mijn fiets gestapt en hier naar toe gereden, ik ben niet achtervolgd.’
‘Goed,’ de agent stond op en maakte een gebaar naar Martien dat hij hem moest volgen. ‘We gaan naar Montesoffio en zullen uw vrienden eens flink aan de tand voelen. Ik weet niet of ik u heel serieus kan nemen, in uw strakke fietsbroekje. Uw schoenen verraden u: u gedraagt zich als een verklikkerdeklikspaan, no?’

‘Nou, vertel. Chop-chop.’ Marijke stond met haar armen over elkaar voor Martien, haar ogen gericht op zijn ontwijkende blik.
‘Nou, wat ik net zeg. Ik moest wel naar de politie.’
‘En dan kon je niet even bellen, ik was ontzettend ongerust. Zit ik hier tussen twee lijken en twee moordenaars. En dan is mijn man plotseling verdwenen. Niet leuk.’
‘Hoe bedoel je, twee lijken? Ik weet alleen van Guy.’ Martien nam plaats op een van de lege stoelen aan de lange tafel, trok zijn schoenen uit en schonk zichzelf een glas wijn in.
´Samantha en Marlen zijn net gearresteerd. Blijkbaar zat Samantha vast met haar verhaal en heeft ze hulp gevraagd aan Marlen om haar te helpen met het bedenken van de ideale moord. Samen bedachten ze een plot om een moord te plegen, zodat Samantha praktijkervaring kon opdoen en dit in haar verhaal kon gebruiken. Marlen had al snel bedacht dat ze Guy als slachtoffer kon gebruiken. Ze was zo gefrustreerd dat Guy haar naam de hele tijd verkeerd zei. Ze spraken af om Guy ´s morgens vroeg naar het zwembad te laten komen met het smoesje dat Marlen Linda wilde verrassen met een welkomstfeestje en dat wilde overleggen met hem.’
‘Maar je had het over twee doden, wie is de tweede dan?’ Martien ontging het tafereel en zat met afschuw naar het verhaal te luisteren.
Inge viel Marijke bij. ‘Samantha vond het plot van Marlen te dun. Ze besloot, zonder medeweten van Maren, een aantal van de groep een berichtje te sturen via een tweede mobiele telefoon nadat ze de avond ervoor eerder was weggegaan om zogenaamd aan haar manuscript te werken. Yfke en Ingrid hadden een bericht gekregen, waarin ze werden verzocht om op verschillende tijdstippen in de wijngaard te komen. Daar zou ze dan toeslaan. Carolien verpestte het echter voor haar, omdat ze ongepland haar kamer binnenkwam terwijl ze met de gitaarsnaren in haar handen stond. Daarop besloot ze haar van de trap te duwen, Carolien viel achterover en kwam hard met haar hoofd tegen de muur. Het is dat Ingrid en Maarten haar betrapten, anders waren we er waarschijnlijk nooit achter gekomen. De politie heeft haar laptop in beslag genomen. Samantha had voor iedereen de ideale dood verzonnen en deze uitgewerkt op haar laptop. Ze moest haar plan snel uitvoeren omdat ze haar verhaal op tijd af moest hebben.’ Inge keek verslagen de groep rond. ‘Ze wilde de deadline halen.’

Samantha zat geboeid achter in de ene politiewagen en keek mistroostig uit het raampje.
´U komt straks in een hele mooie witte kamer zonder ramen, signorina. Geniet nog even van het uitzicht,’ zei de agent terwijl zij instapte.
Op de achtergrond werd Marlen door twee politieagenten afgevoerd naar de andere politiewagen. ´Ik had nog zo gezegd, het is Mar-lèn! Van Marlenneke! Hoe moeilijk is het!´ Marlen probeerde zich los te maken van de twee agenten. Hardhandig werd ze de auto in geduwd.
Harold liep op gepaste afstand achter de agenten aan. ‘Wat een verhaal, wat een verhaal.’

Loading