De weg van het water – Recensie

Titel: De weg van het water
Auteur: Trudi Rijks
Uitgever: Meulenhoff Boekerij
pagina’s: 287
Uitgebracht: januari 2016
ISBN: 9789022575826

De schrijfster
Trudi Rijks is cum laude afgestudeerd in de wijsgerige en historische pedagogiek. Eerder verschenen van haar hand twee literaire romans en een aantal korte verhalen. (Atlas Contact).
Bij uitgeverij Contact debuteerde zij in 2000 met de romanDoos van Pandora. In 2005 verscheen Zeetijding, een profetische roman over de gevolgen van de stijgende zeespiegel voor een eiland in de Stille Zuidzee. Een fictie die nu waarheid lijkt te worden.
Trudi Rijks werkt als gedragswetenschapper in het onderwijs. Zij is expert op het gebied van hulpverlening waarbij loyaliteit in familieverband centraal staat. Haar psychologische en relationele inzichten komen dan ook terug in haar thriller De weg van het water. (bron: Trudi Rijks)

Het verhaal
De gescheiden veertiger Floor Postma is aangestoken door het Mindfulness-virus, en op zoek naar wat zij zelf ‘een leven zonder pijn’ noemt. Wat niet meehelpt is dat zij bewindvoerder is van haar jongere zusje Bente, een voormalig fotomodel en vrouw van de wereld, die in een verpleeghuis is opgenomen. Op een dag ontvangt Floor een dagvaarding waarin haar zusje wordt gesommeerd om twee ton te betalen aan een onbekende, die zich beroept op een schuldbekentenis. Zij vermoedt dat de handtekening onder de schuldbekentenis vervalst is, en negeert de dagvaarding. Maar als blijkt dat haar zus wel degelijk slachtoffer is van een oplichter, moet de flegmatieke Floor, aangespoord door haar dochter, wel in actie komen.

Nadat ze de rechtszaak tegen de oplichter, een aan lager wal geraakte vastgoedhandelaar, heeft gewonnen, kan ze weer opgelucht ademhalen. Maar dan wordt Bente uit het verpleeghuis ontvoerd, en moet Floor alsnog de strijd met haar tegenstander én met zichzelf aangaan. Geconfronteerd met onverklaarbare geluiden in een afgelegen huis, lege flessen, verdwenen dagboeken en verborgen kunstwerken, weet Floor uiteindelijk de geheimen uit het verleden van haar zus te ontrafelen. Deze op ware gebeurtenissen gebaseerde thriller combineert de duistere beklemming van Henning Mankell met de female gothic van Renate Dorrestein. Niet alleen thema’s als geheugenverlies en menselijke waardigheid worden behandeld; ook actuele onderwerpen als identiteitsdiefstal en de zoektocht naar spiritualiteit lopen als een rode draad door het verhaal. (Bron: Trudi Rijks)

Omslag
Een ijzig polderlandschap, twee vrouwen die bijna opgaan in de mist, vlak naast elkaar lopend onder een paraplu. Een bevroren riviertje, twee knotwilgen met bevroren takken, het weiland afgebakend met paaltjes en draad. ‘Floor ontrafelt het verleden van haar zus, kan ook haar leven redden?’ De cover nodigt uit om opgepakt te worden.

Wat ik er van vond
Een prachtige schrijfstijl, mooi gevormde volzinnen zonder dat het kunstmatig overkomt. Een genot om te lezen. Tegen het einde van het verhaal vond ik wel dat door veel herhaling van dezelfde zinnen de kracht wat verloren ging, wat iets afdeed van het leesplezier.

De karakters zijn zeer goed uitgewerkt: Floor, die doorgaans zo kalm en rustig reageert, alles onder controle lijkt te hebben, wordt in een situatie gedwongen waardoor ze buiten haar eigen comfortzone moet leven. Haar Mindfulness mantras helpen haar bewust te leven als de druk even te hoog wordt. De omslag in haar karakter is letterlijk leesbaar door de manier van schrijven, erg verfrissend. Ook de ingewikkelde relatie met haar dochter, Kim, is erg overtuigend uitgewerkt.

Buisman, die Bente, de zus van Floor, in zijn ogen noodgedwongen probeert op te lichten, maakt handig gebruik van het geheugenverlies van Bente. Het luxueuze verleden van Bente als fotomodel, het overlijden van haar man, Ram, bij een auto-ongeluk, en de ziekte van Korsakov maken van haar een gewillige prooi die makkelijk valt te misleiden en goed van vertrouwen is. Iets waar in realiteit helaas gevallen van bekend zullen zijn.

Ik vind het verhaal erg goed in elkaar steken, de afloop komt voor mij als een verrassing en de weg er naartoe is geloofwaardig neergezet, wat het lezen ervan erg prettig maakt, ondanks dat de karakters zover buiten hun comfortzone gedwongen worden.

Een geweldig thrillerdebuut, dat de lat erg hoog legt voor een opvolger.

Omslag: 4
plot: 4
leesplezier: 4
spanning: 4
schrijfstijl: 4

Conclusie: 4 sterren

Loading

Koud Spoor – Recensie

Titel: Koud Spoor
Auteur: Carina van Leeuwen
Uitgever: A.W. Bruna
Pagina’s: 336
Uitgebracht: 20 januari 2015
ISBN: 940050215X

De schrijfster
Carina van Leeuwen werkte jaren als operatieassistente in ziekenhuizen in binnen- en buitenland voordat ze in 1991 naar de politie Den Haag overstapte. Na enkele jaren in de uniformdienst werd ze een van de eerste vrouwelijke forensisch rechercheurs. Ze maakte deel uit van het evaluatieteam (commissie Posthumus) in de Schiedammer Parkmoord en was betrokken bij het identificatieproces na de vliegramp in Tripoli. Sinds 2006 werkt ze als forensisch coördinator in het Cold Case team van politie Amsterdam. (bron: carinavanleeuwen)

Het verhaal
Terwijl een hittegolf het land teistert worden in Den Haag, verspreid door de stad, vuilniszakken gevonden met afgezaagde lichaamsdelen erin. Wie het slachtoffer is, is onduidelijk. Tegelijkertijd krijgen forensisch rechercheur Renee Spaan en haar collega’s te maken met de dood van de zonderling Ewoud Ravensberger. Omdat er twijfels zijn over de doodsoorzaak, wordt er sectie verricht. Het lijkt een tragische, maar verder onopvallende zaak, totdat Renee een lugubere ontdekking doet die alles volledig op zijn kop zet.

Maar wat Renee tijdens die lange, hete zomer misschien nog wel het meest bezighoudt, is een zaak die 25 jaar oud is. Wat is er precies gebeurd op die dag dat haar vader, die ook bij de politie zat, betrokken was bij een inval in een XTC-laboratorium? Hoe is hij precies om het leven gekomen? En waarom wil iemand koste wat het kost voorkomen dat Renee zich in deze zaak verdiept? (bron: awbruna)

Omslag
Een donker steegje met de contouren van een schimmig figuur, in stijl met Vuurproef. Een prima passende cover.

Wat ik er van vond
Het tweede deel van Unit Plaats Delict. Niet direct een vervolg op deel 1 maar ook goed te lezen als je Vuurproef nog niet gelezen hebt (wat ik zeker kan aanraden wel te doen). Als lezer van Vuurproef vond ik het wel wat vervelend lezen omdat er veel herhaling zat in de achtergronden van Renee Spaan die ook al in Vuurproef ter sprake kwamen, maar begrijpelijk als je dit een op zichzelf staand boek ziet.
Koud Spoor is alweer van een hogere kwaliteit dan Vuurproef, in mijn ogen.

Dit lichamelijke puzzelstuk is pakkend geschreven en mag het stempel literaire thriller zeker dragen. De innerlijke strijd die Renee Spaan met zichzelf, en haar vriendin, voert is aangrijpend en zorgt dat je in tweestrijd zit of je haar nu aardig moet vinden of niet. Tussen de lichaamsdelen door wordt nog een persoonlijke Cold Case behandeld die sommigen in haar omgeving zenuwachtig maakt, waarbij ik iets meer mijn twijfels had over de geloofwaardigheid waarop dit aangepakt werd. De manier van schrijven is te vergelijken met Vuurproef; een hoofdverhaal met een verhaallijn ertussen voor de extra spanning, de morbide humoristische wijze waarop de collega’s zo nu en dan met elkaar omgaan en een kijkje in de forensische keuken, maar veel beter. De spanning mag wat mij betreft nog wel wat opgeschroefd worden.

Ik ben erg benieuwd naar deel 3.

omslag: 4
plot: 4
leesplezier: 5
spanning: 3
schrijfstijl: 4

Conclusie: 4 sterren

Loading

Bot – Recensie

Titel: Bot
Auteur: Charles den Tex
Uitgever: De Geus
Genre: Literaire Thriller
Pagina’s: 352
Uitgebracht: 26 februari 2016
ISBN: 9044515268

De schrijver
Charles den Tex (1952) won De Gouden Strop voor zijn thrillers Schijn van kans (2002), De macht van meneer Miller (2005) en CEL (2008). De laatste twee titels werden verfilmd als televisieserie, CEL ook voor de bioscoop. Met De vriend (2012) won Den Tex de Crimezone Thriller Award. Het werd door de VN Detective & Thrillergids als enige Nederlandse thriller met vijf sterren bekroond. De erfgenaam (2013) werd Boekentip van de Maand in De Wereld Draait Door. Van Den Tex’ werk gingen ruim 1,2 miljoen exemplaren over de toonbank. (bron: degeus.nl)

Het verhaal
Om het maximale uit zijn klanten te halen, heeft Willem Hartma een informatiesysteem nodig dat verder gaat dan alle andere systemen. Verder ook dan de regels van het fatsoen. Geen bedrijf dat zoiets legaal voor hem mag bouwen, maar een eenling kan het wel: Bas, een hyperintelligente nerd die geen vragen stelt en de wereld heel anders ziet dan anderen. Totdat Willem opeens dood is, en niemand het systeem kan ontsluiten. Bas wel. Bas heeft de sleutel. Hij kan beslissen… (bron: degeus.nl)

Bas is een computerprogrammeur. Voor zijn klanten bouwt hij computersystemen op maat, die alleen toegankelijk zijn voor zijn klant. Cliëntbinding in optima forma. Eenmaal binnen, kom je nooit meer weg. Willem Hartma is op zoek om het maximale te bereiken: controle, macht, geld. Hij betaalt daar een hoge prijs voor. Bas raakt verstrikt in een machtstrijd en lijkt de controle kwijt te zijn, zowel online als offline.

Op de achtergrond speelt het offline verhaal van Bas’ ouders, die op hun beurt de weg kwijt zijn. Een huwelijk dat niet meer te redden lijkt. Reizend tussen wereldsteden als Parijs, London en Boskoop probeert hij zijn eigen wereld te redden terwijl hij controle probeert te krijgen over zijn systeem, en een realtime relatie probeert op te bouwen met Tao-Li.

Wat ik er van vond
Den Tex lijkt vanuit de gedachten van Bas te schrijven; snel, kort, informatiestroom niet in megabytes maar in terrabytes, alles in een razend tempo, zoals je mag verwachten als je aangesloten bent op glasvezel en werken met ADSL klinkt alsof je in de prehistorie leeft. Als programmeur is je wereld beperkt tot je beeldscherm en de virtuele wereld die daarbinnen zit. Uren programmeren, staren naar een beeldscherm, denken in code, praten in code. De wereld om je heen is maar vreemd, gedraagt zich niet via vaste patronen. Teveel variabelen om in code vast te leggen, moeilijk grip op te krijgen.

Door de snelle, korte zinnen leest het als een trein, maar voelt het soms ook alsof je na elk hoofdstuk een marathon hebt gelopen, uitgeput van het hoge tempo en de vele herhaling. Er wordt veel geschreven, maar weinig gezegd, waardoor het schokeffect waar het boek mee begint kracht lijkt te verliezen en de interesse om door te lezen wegzakt. Het vele gebruik van als-dan-anders zinnen is natuurlijk om duidelijk te maken dat de hoofdpersoon zo denkt, maar doet wel afbreuk aan het leesplezier en maakt het wat minder toegankelijk voor de gemiddelde lezer. We snappen heus wel dat de man een nerd is, dat hoeft niet telkens opnieuw uitgesproken te worden. Bij vlagen vind ik de wiskundige gedachtegang wel grappig.

Ik vind de personages wel geloofwaardig en goed uitgewerkt. De verwijzingen naar modderstromen en de vele mantra’s komen echter wel wat zweverig over, maar een nerd staat bekend ergens diep geïnteresseerd in te zijn, wat niet noodzakelijkerwijs logisch over hoeft te komen voor een buitenstaander.

Het zet je wel aan het denken: van wie zijn de rechten als je nog niet betaald bent en jij alleen mondelinge afspraken hebt gemaakt, van wie is het intellectuele recht als je niet meer terecht kunt bij je klant. Wat gebeurt er met jouw informatie, voor wie is dat allemaal beschikbaar, hoe veilig is werken in de cloud, hoever gaat het delen van informatie. Wat gebeurt er met jouw zoekgeschiedenis, wie heeft daar toegang toe, weet jij dat je daar toestemming voor hebt gegeven.

Diepere lagen, waar een gemiddeld mens geen weet van heeft, geen controle over heeft. Jouw informatie wordt gedeeld, gekoppeld, opgeslagen. Maar wie heeft hier de macht over? Wie bepaalt in welke handen deze informatie valt, wat als jij die macht had?

Al met al een goed boek, maar niet geweldig.

If (Den Tex schrijft) Then
(vind iedereen goed boek)
Else
(persoonlijke smaak)
End If

plot: 4
leesplezier: 3
spanning: 3,5
schrijfstijl: 3,5
Conclusie: 3,5 sterren

Loading

Love, it isn’t love until it’s past

At the risk of becoming that guy who only blogs about the passing of celebrities – Lemmy, David, Glenn, Maurice – , I once again have to pay tribute to a fallen hero; Prince. Some artists are too important not to be honored.
Apparently 2016 is the year of the big goodbye – enough already!

For an entire generation of musicians and music lovers, Prince is/was invaluable. For me personally, no other celebrity influenced me more as a human being the way Prince Rogers Nelson did. In my personal top three even my favorite band Pearl Jam comes in second place and Kurt Cobain comes third. That’s saying something.

Speaking as a child of the seventies, I first discovered Prince as an almost-teenager during the 80s – to my parents’ annoyance, I guess you can call it a generation gap. While they played their favorite Dutch artists like Lee Towers and BZN (Band Without a Name) or  more famous artists like James Last and Abba until the cassette tapes broke, I fell for the little big man from Minneapolis whose groundbreaking music seemed to jump off the vinyl. The new and revolutionary music channel MTV, which actually showed music videos back then, showed his videos until they turned black and white.
In my mind, the three biggest names of the 80s were Michael Jackson, Madonna and Prince. Like Yfke said tonight, “If I were Madonna, I’d start taking my vitamins right about now.”*

I don’t have a lot of vinyl records, but Parade is still part of my collection. Other titles in my collection includes De La Soul’s 3 Feet High And Rising, a record with Dutch children stories and a Christmas record from my childhood., It’s an odd collection.
Sadly, I’ve never been to one of his concerts. Truth be told I was too afraid of ruining the image I had of him in my head.

The first-ever cd I bought was Controversy. Literally the first; the phenomenon of the compact disc was still pretty new. It was a raw, funky album that carried a political message (Ronnie, Talk to Russia), questioned his sexuality (Do Me, Baby) and controversially used bible texts. At that time I was an adult-to-be and less aware of these things; realization came later.

All I knew back then was that the music and certain lyrics really hit home. They spoke to an entire generation: who am I, how am I supposed to act, what should I believe in, who am I allowed to love? They created a platform for discussing sexuality, belief systems and gender identity. For me, this was a revelation and a source of support, even though I’m aware that the meaning you take from songs are often different from what the maker originally intended. The fact that Prince would later change his name to The Symbol, The Artist Formerly Known As Prince and then later on back to Prince, only added to the mystery of the artist.

His ideas regarding music sharing, his cautiousness in doing interviews and having his own recording studio in Minneapolis, it all added to the creation of a living legend. The rare times he acutally gave performances meant a guaranteed run on unaffordable tickets. For the lucky few that saw him perform, it must have been unforgettable.

The musical gems that came with movies like Purple Rain, Under The Cherry Moon and Sign O’ the Times are a beautiful musical legacy. Purple Rain made a deep impact on me because of the (dramatized) story behind the man and the connection I felt with it. Songs like Sometimes It Snows In April and When Doves Cry  I still can barely listen to them without shedding  tears. Darling Nikki is a-ma-zing, Diamonds and Pearls beautiful, the soundtrack of the Batman movie simply legendary (the one with Michael Keaton – you know, the real Batman)(after the best Batman, Adam West, of course).

source: lflmagazine.nl

The influence his music and lyrics had is tremendous: musicians like Wendy & Lisa, Sinéad O’Connor, Vanity 6 (Denise Matthews of Vanity 6 died earlier this year on 15 February), Sheena Easton, The Time, The New Power Generation and The Revolution became stars thanks to him. Some of them stayed great on their own.

It’s probably obvious that most of my memories stem from a distant past. Musically speaking he and I had parted ways, but his significance to me has never changed.

A man with many faces and many talents, leaving a gaping hole in the music industry. A musical genius – someone I never knew but owe so, so much to.

All good things, they say, never last
And love, it isn’t love until it’s past

– Prince

*It was actually my friend Scott who said it, but Alex wasn’t listening ~ Yfke

Translation: Yfke van Vuurden/Alexander Roessen

Loading

Mijn held is niet meer

Met de kans om net als Elton John het label te krijgen van redevoerder van de sterren, toch een ode aan Prince. Sommige artiesten zijn te groot om niet geëerd te worden. En 2016 is blijkbaar het jaar van het grote afscheid, zo kan het wel weer.
Voor een hele generatie muzikanten, liefhebbers van muziek, en muzikanten van vandaag de dag is/was de man van onschatbare waarde. Persoonlijk gezien heeft geen enkele andere bekende persoon meer invloed op mijn vorming als mens gehad, dan Prince Rogers Nelson. Zelfs mijn favoriete band Pearl Jam staat op nummer 2, Kurt Cobain op nummer 3. Dat zegt toch wat.

 

Als kind uit de jaren ’70, kwam ik als bijna tiener begin jaren ’80 in aanraking met Prince. Tot onbegrip van mijn ouders, die de cassettebandjes van Lee Towers, James Last, Abba en BZN stuk draaiden, viel ik als een blok voor de ‘kleine grote man’ uit Minneapolis, die met zijn vernieuwende muziek van het vinyl spatte. Door de revolutionaire muziekzender MTV, die toen nog echt alleen maar videoclips uitzond, werden zijn clips zwart-wit gedraaid. De drie grote namen van de jaren ’80, in mijn wereld, waren Michael Jackson, Madonna en Prince. Zoals Yfke vanavond zei: “Als ik Madonna was, zou ik m’n vitaminen maar gaan innemen.”
Ik heb niet veel vinyl albums, Parade heb ik wel in mijn collectie gehouden. De andere vinyl albums zijn ‘De Verhalen van Pinkeltje’, ‘Kerst met Marco Bakker en Mieke Telkamp’ en ‘De La Soul’. Het is een rare verzameling.
Ik ben, helaas, nooit naar een concert van hem geweest. Eigenlijk durfde ik ook niet goed, toch bang om het beeld dat je hebt niet uiteen te laten spatten.
De allereerste cd die ik kocht was Controversy. Letterlijk de eerste; het fenomeen compact disc was net nieuw. Een rauw, funky, album met een politieke boodschap – Ronnie, talk to Russia, vragen over zijn seksualiteit – Do Me, Baby en controverse over het gebruik van Bijbelteksten. Op dat moment had ik dat als volwassene in opleiding wat minder door, later wel.
Ik wist alleen dat de muziek en sommige teksten duidelijk binnen kwamen. Iets dat aansloot bij een hele generatie: wie ben ik, hoe moet ik zijn, waar moet ik in geloven, van wie mag ik houden, het bespreekbaar maken van seksualiteit, geloof en genderidentiteit. Voor mij een hele openbaring en steun, al haal je natuurlijk altijd een andere boodschap uit nummers dan de maker bedoeld heeft. Dat hij later zijn artiestennaam veranderde in ‘The Symbol’, ‘The Artist Formerly Known As Prince’ en later weer veranderde in Prince, maakt hem alleen maar mysterieuzer.
Ook zijn visie over het delen van muziek, terughoudendheid in interviews en zijn eigen opnamestudio in Minneapolis maakte van hem een levende legende. De zeldzame keren dat hij dan optredens gaf, zorgde voor een sprint op onbetaalbare kaartjes. Voor de gelukkigen die hem hebben zien optreden zal het onvergetelijk zijn geweest.
Juweeltjes die gepaard gingen met films als Purple Rain, Under The Cherry Moon en Sign o’ the Times zijn een prachtige muzikale erfenis. Purple Rain heeft bij mij diepe indruk gemaakt vanwege het, gedramatiseerde, verhaal achter de man en het herkennen van een gevoel. ´Sometimes It Snows in April´ en ‘When Doves Cry’ kan ik amper luisteren zonder een traan te laten, ´Darling Nikki´ is ge-wel-dig, ´Diamonds and Pearls´ episch, de soundtrack van de Batman film legendarisch (die met Michael Keaton, de beste Batman, afgezien van de allerbeste Batman, Adam West).
De invloed van zijn muziek en zijn songteksten is ongekend groot: artiesten als Wendy & Lisa, Sinéad O´Connor, Vanity 6 – waarvan Denise Matthews die dit jaar op 15 februari al overleed, The Revolution zijn door hem groot geworden en sommige zijn dat ook gebleven.
Zoals je wel merkt zijn de herinneringen voornamelijk uit het verre verleden. Muzikaal gezien waren we uit elkaar gegroeid, de betekenis desondanks geen greintje minder.
Een man met vele gezichten, vele talenten, een gemis in de muziekwereld. Een muzikaal genie, die ik nooit gekend heb maar veel aan te danken heb.
´All good things, they say, never last
And love, it isn´t love until i´ts past´

 

– Prince –

Loading

Echter barkeepers heten Henk – recensie

Titel: Echte barkeepers heten Henk
Auteur: Marja West
Uitgever: Ambo|Anthos
pagina’s: 272
Uitgebracht: 7 april 2016
ISBN: 978-90-263-3407-8

De schrijfster
Marja West is geboren en getogen in het Noordhollandse Bakkum. Naast het behalen van haar typediploma studeerde zij rechten aan de Open Universiteit. Na wat omzwervingen in binnen- en buitenland woont zij thans met haar man, dochter, kater en twee Engelse Bassets in Groningen en vult zij haar dagen met het schrijven van literaire romans, theater en cabaret voor bedrijven. (Bron: www.marjawest.nl) Ook geeft zij schrijfcursussen, samen met Nicolet Steemers, en schrijft ze filmscripts.

Het verhaal
Wanneer de weinig succesvolle Paul na een bomaanslag wordt geïdentificeerd als de steenrijke Vincent van Heer besluit hij de vergissing in stand te houden. Het geeft hem de kans opnieuw te beginnen en een riant leven te leiden. Vol overgave stort hij zich in zijn nieuwe bestaan. Maar wanneer je het leven van een ander overneemt, krijg je ook al zijn problemen erbij. En Van Heer blijkt bepaald geen lieverdje te zijn geweest…

Titel
Toen ik hoorde dat de nieuwe Marja West ‘Echt barkeepers heten Henk’ zou gaan heten, wist ik dat ik dit boek wilde lezen. Briljant, wat een titel. Gewaagd, pakkend en eigenwijs. Wanneer anderen om je heen je afraden deze titel te kiezen, is dit de ultieme lange neus.

Wat ik er van vond
Net als in Uitgeteld, ook een absolute aanrader, neemt Marja West je mee in de stellige absurditeit van een hoofdpersoon. De overtuigende manier waarmee de schrijfster Paul beschrijft en ons meeneemt in zijn gedachtegang, zorgt ervoor dat het karakter zo geloofwaardig overkomt dat je amper twijfelt aan zijn motieven. Sterker nog, de wereld om hem heen is juist verantwoordelijkheid voor de stappen die hij noodgedwongen moet ondernemen.

Vooral de gewaagde wisselwerking tussen eerste persoon enkelvoud en derde persoon enkelvoud werkt in dit geval perfect. Je ziet hoe Paul moeiteloos de rol van Vincent op zich neemt en van een traumatische ervaring handig gebruik maakt om een nieuw te beginnen. Hoewel het niet altijd even makkelijk is afscheid van zichzelf te nemen.

Al lezende kun je het niet helpen om gniffelend pagina na pagina om te slaan en onverwachts verstrikt te raken in een achtervolging, die toch duidelijk begon als een onschuldig bezoekje.

Absurde vanzelfsprekendheid lijkt het handelsmark van Marja West te zijn, en als geen ander beheerst zij dit. ‘Verkeerd’ geplaatste bomaanslag of niet, het doet in mijn ogen totaal geen breuk af aan de leesbeleving.

Enige punt van kritiek zou kunnen zijn dat, hoewel de verhaallijnen en karakters niet dezelfde zijn, afgezien dat Esther uit Uitgeteld ook hier een rolletje heeft en het plot in Henk minder voor de hand liggend is, wat in Uitgeteld ook de opzet was, de overtuigende afwijkende wereld van de hoofdpersonen sterke overeenkomsten vormen. Toch is het juist dit gegeven dat de boeken zo ongelooflijk lekker laat lezen. Ik kan niet wachten tot 7 april 2017.

titel: 5|
plot: 4
leesplezier: 5
spanning: 3
schrijfstijl: 5

Conclusie: 4 sterren

Loading

Zo zeggen we allemaal

Terwijl de meesten van ons zich alleen maar afvragen of er kans is op buitenaards leven, zijn anderen ervan overtuigd dat de piramides in Egypte zijn gebouwd in opdracht van een hogere macht die ver buiten onze dampkring ligt. Ik vermoed dat meester-architect Imhotep hier zijn welgevormde gedachtes over zou hebben gehad. Ook de indrukwekkende tempels in Peru en Mexico zouden niet van menselijke hand zijn. Alsof de ruimtevaarders hun markeringen zouden hebben achtergelaten, als ware onze planeet onderdeel van een interstellaire snelweg en onze tempels Aliens-vragen-Nooit-de-Weg-Bond borden die de juiste reisrichting aanduiden. Je geeft die domme aardbewoners een afbeelding van je buurman en ze aanbidden alles en offeren alles voor een beetje regen.
Zelfs de tempelberg in Jeruzalem zou in werkelijkheid gebouwd zijn als landingsplek voor een buitenaardse invasie.

Het zou ook kunnen zijn dat ik teveel naar History Channel heb gekeken. Mijn idee van een Geschiedenis Kanaal is toch iets anders dan de beperkte visie van dit kanaal, waarbij de droom van ene A. H. te B. van een duizendjarig Rijk werkelijkheid wordt door de constante herhaling over zijn teloorgang, klassieke auto’s verbouwen onze kortetermijnvisie van geschiedenis vormen, net als het restaureren van 30 jaar oude bierblikjes of Coca-Cola machines.
Ondanks de zogenaamde experts, alle drie, op het gebied van buitenaards leven ook worden geïnterviewd, echt geloofwaardig kun je het toch niet noemen. Toch.
Voor hetzelfde geld zijn zij de buitenaardse wezens die ons ervan proberen te overtuigen dat zij in vrede komen. Vroeger werden dit soort mensen in aparte gemeenschappen opgevangen, tegenwoordig heeft iedereen zijn eigen televisiekanaal.

Als liefhebber van het meeste dat met ruimte, sterren en sciencefiction of complottheorieën te maken heeft, kan ik me op een aantal punten best vinden in sommige theorieën. De theorie dat de maanlanding nooit heeft plaatsgevonden, is zo’n theorie die tot mijn verbeelding blijft spreken. Ik geloof zonder twijfel dat we op de maan geweest zijn, gewoon niet op het exacte moment dat ons werd voorgeschoteld (toevallige woordkeuze). Ik geloof er net zoveel in dat we bedonderd worden door regeringen, in het algemene belang (geld, angst, macht), dan dat we op de maan zijn geweest. Net als dat die groene mannetjes die in Roswell ‘neerstortten’ een manier was om paniek te zaaien en om de schaapjes over een andere dam te leiden. Serieus, een schotel? Ik ben in Battlestar Gallactica of Star Wars geen enkele schotel tegengekomen. Zelfs Dr. Who reist met een telefooncel.

Ondertussen is Mars de enige planeet, voor zover wij weten natuurlijk, die bewoond is door buitenmars leven. De invasie van robots begon in 1971, onze jaartelling, en ligt ondertussen bezaaid met brokstukken en bandensporen van enkele kilometers. Je zult een marsbewoner zijn en er valt een apparaat zo groot als een koelkast in je tuin, erg storend.
Als Mars maar niet onze Kobol is (zoek het maar op), daar gaat de planeet.

Ik zie de voetbal tegen de reclameborden langs het voetbalveld knallen, het geluid komt een fractie later. Feitelijk hoor ik iets dat enige tijd daarvoor is gebeurd. Kun je je een voorstelling maken dat je tijdens een heldere nacht omhoog kijkt en eigenlijk naar het verleden kijkt. Ik kan er met mijn hoofd niet bij, ik blijf er naar staren.
Kleine lichtjes die miljarden lichtjaren verwijderd zijn, een planeet met een woon-werk afstand van 9 maanden, sterrenstelsel, onduidelijke lijnen tussen sterren die misschien niet eens meer bestaan en mijn sterrenbeeld vormen, planeten die onmogelijk in elkaars verlengde kunnen staan.

De app op mijn smartphone geeft een melding dat het Internationaal Ruimte Station binnen enkele minuten ‘overvliegt’. In de leegte zie ik een wit puntje voorbij scheren. Ik kijk naar boven en denk aan kolonel Chris Hadfield, die ‘zwevend’ door de ruimte met zijn gitaar een ode aan David Bowie brengt.
Hoe groot de drang ook is om ons universum constant uit te breiden, onze wereld wordt er niet groter door. We kunnen wel plannen verzinnen om andere planeten te koloniseren, resultaten uit het verleden van kolonisatie zijn niet echt bemoedigend voor multiversen om ons heen.

Hoe verder je naar buiten kijkt, hoe waardevoller dat wat dichtbij je staat wordt.

‘Zo zeggen we allemaal’

Loading

So say we all

While most people only wonder whether there´s life beyond planet Earth, others are convinced the pyramids in Egypt were built by order of an extraterrestrial power. I think Grand Architect Imhotep would’ve had something very wise to say about that. Some even suggest the ancient temples in Mexico and Peru were not built by human hands – as if alien space pioneers made their mark on Earth as part of an interstellar highway, using the temples as Aliens-This-Way road signs. ‘Those stupid human beings will worship anything; give them a picture of your neighbour and they’ll sacrifice their best sheep for a little rain.’

The Temple Mount in Jerusalem is said to have been built to function as a landing platform for the alien invasion – but you’d have to be a pretty strong believer to find that one credible.

Chances are I’ve watched the History Channel one time too many. My idea of a History Channel is a whole lot different from what is actually being shown on TV. The dream of one A. H. living in B. of a Thousand-Year Reich seems to have become reality through the constants reruns of documentaries on the topic of his demise. And what does pimping classic cars have to do with history, proper history? The same goes for restoring 30 year old Coca Cola vending machines. History, according to the narrow view of the producers, is less than 100 years old.

No matter how many times the so-called experts, all three of them, tell us that aliens are real and actually built everything we thought humans built – because apparently we, as humans are incapable – it’s difficult to take it seriously. Isn’t it?

I mean, they could be aliens themselves, trying to convince us that they’re real and come in peace. They used to have special communities for this type of people where they could live in a protected environment, nowadays everybody has a platform.

As someone with an avid interest in most things to do with space, the stars, science fiction and conspiracy theories, I can relate to some of these theories to a certain extent. One of the theories that continues to grab my imagination is the one of the faked moon landing. While I do believe without a doubt that we’ve been to the moon and back, I don’t think it happened at that exact moment in space and time. I believe in the moon landing just as much as I believe that governments will try to fool us, for the better of mankind (money, fear, power). I believe that the government would do anything for power, and that they would have done anything to make good on their promise to land on the moon in the 1960s – or to at least make you believe that they did. Just like the little green men who crashed in Roswell were a way to cause a panic and distract us from other more important issues. Flying saucers, really? I’ve never seen a flying saucer in Battlestar Galactica or Star Wars. Even Dr. Who travels by police box. I mean, really.

Meanwhile Mars is the only planet inhabited by alien life, as far as we know. The invasion began in 1971 and the planet is littered with the debris left by failed landings, as well as several miles of tire tracks. For a Martian there’s nothing more annoying than having a fridge-sized object landing in your garden.

Gods forbid Mars is to be our Kobol (look it up); there goes the planet.

I see a football hit a wall, but the sound comes a split-second later. I’m hearing the noise of something that’s happened in the past. Imagine looking up on a clear night and seeing millions of stars, realizing you’re actually looking at the lights of events that are ancient history. I just can’t get my head around it. I can’t stop looking.

My smartphone vibrates with a message telling me the International Space Station is ‘passing by’ in a few minutes. In the darkness of space I see a little white light moving between the stars and I think of Colonel Chris Hadfield, floating through the ISS while paying homage to David Bowie.

No matter how strong the urge to expand our universe, it’s not going to make our world any bigger. We can make plans to colonize other planets; given our history of colonization, it won’t exactly be good news for the multiverses around us.

The further you look beyond known borders, the more valuable the things close to you get.

So say we all.

Translation: Yfke van Vuurden

Loading

Het Aardappelgevecht

Het aardappelschilmesje ligt los in mijn rechterhand, de aardappel in mijn linker. De aardappel voelt zwaar, alsof ik in de sportschool aan de gewichten sta te trekken. Ik verzamel moed om het laatste gevecht aan te gaan.
Met verkrampte vingers probeer ik het gedrocht te omsluiten, maar ze buigen niet ver genoeg, waardoor het ding onhandig los in de palm ligt. Voorzichtig probeer ik het misbaksel te scalperen. Diepe wonden verschijnen in de aardappel en in mijn ziel. De vernedering maakt dat het lijkt alsof ik een ui sta te pellen.
De kracht die nodig is voor elke haal is uitputtend. Mijn arm wordt zwaarder, mijn vingers doen zeer. Het aardappelschilmesje kan ik nog met moeite vasthouden. Bijna over de helft. Het gaat me lukken.
Met een paar ferme krachtsinspanningen ligt de aardappel naakt voor me op het aanrecht. De schil in flarden verspreidt over de vloer.

Aardappel, wat een naam. Het lijkt niet eens op een appel: waar is het klokhuis, waar is de rups, heb je een appel wel eens zien spruiten. En spruiten zien er niet eens uit als de tentakels van een aardappel.

De andere slachtoffers liggen al verdronken op de bodem van de pan, die op het aanrecht staat. De laatste horde. Ik dacht dat de slag gewonnen was. De pijn in mijn armen zwelt aan als ik de pan met water en de drie in stukken gesneden aardappelen op het gasfornuis zet, met een druk op de knop knettert het vuur aan. Gelukkig wordt groente tegenwoordig in potjes gekweekt en vlees in kant en klare lappen. Een braadpan met vet en een pannetje voor de groenten kost weinig energie.

40 minuten later word ik wakker op de bank en vraag me af of de buren aan het barbecueën zijn.
De vrouw aan de andere kant van de lijn herhaalt mijn bestelling: een patat en een broodje kroket, over 10 minuten ophalen.

Loading

Concentratiepro…oh kijk, een Vlaamse Gaai!

Ik heb de laatste paar maanden echt het concentratievermogen van een kiwi.

Ik lijk zo nu en dan in een dagmerrie te leven waar ik niet uit kan ontwaken, een ongelukkig, onbestemd gevoel. Ik droom van verandering, streef naar iets dat buiten mijn bereik lijkt te liggen. Irreële gedachten natuurlijk, slaat nergens op. Je kunt alles bereiken wat je wilt.

Zelfopgelegde druk, dingen zien die er niet zijn. Handig zo´n levendige fantasie, minder handig in het dagelijkse leven. Ik probeer me te bevrijden van de glazen kist waarin ik leef. Mijn vingerhoed overstroomt van de ambitie, mijn motivatie zit echter dieper dan het boorplatform kan boren.

Hé kijk, een vogel!

Mijn hersenen zijn gevuld met zoveel ideeën, dat ik niet weet waar ik moet beginnen met ordenen. In welke opbergvakken moet ik ze opslaan, totdat ik ze weer nodig heb. Ik probeer mijn brein te defragmenteren. Orde te scheppen, zodat ik sneller de lijntjes kan verbinden. Niet gebruikte bestanden purgen. Ruimte maken. Rommel eruit, structuur erin. Herinneringen aan vroeger, weg doen of bewaren voor inspiratie? Misschien gedeeltelijk toch maar bewaren, vaarwel kleutertijd.

Ik ga weer aan het werk, voor vijf minuten. Schermonderbreking. Zucht. Net als je met frisse moed eindelijk aan de slag wilt.

Beginnen, doorgaan, afmaken. Het klinkt zo simpel. Maar als je niet weet welke route naar de finish leidt, hoe weet je dan waar je moet beginnen?

Aww, wat een belachelijk leuk kattenfilmpje. Moet je kijken, die pootjes, dat snoetje.

Heb ik ook nog het doorzettingsvermogen van een aardbei. Ik vecht met mezelf, omdat niemand anders het doet. Beginnen. Aan de slag, geen uitvluchten, smoesjes om stil te blijven staan. Ik ben mijn grootste valkuil. Verandering, eeww.

Af en toe vang ik flarden van achtergrondmuziek op, soms hoor je niet wat constant aanwezig is. Oh ja, vergeten dat ik een enorme hekel heb aan dit nummer. Nickelback. Nou ja, vooruit dan maar.

Schermonderbreking voorbij. Ik mag weer. Waar was ik ook alweer gebleven, gedachten dwalen. Het draadje is weg. Opnieuw beginnen. Werken zonder afleiding, lezen zonder afleiding. Concentratie. Gedachten ordenen door ze als steekwoorden op te schrijven zodra ze er zijn. Een woord wordt een herinnering aan een gedachte.

Wil je werken, schakel alles uit. Neem de tijd voor jezelf, maak een afspraak met jezelf. Ik ben niet bereikbaar tussen zus en zo, alleen voor noodgevallen.

Maar wat de een als een noodgeval ziet, is voor de ander een hinderlijke onderbreking dat best een uurtje had kunnen wachten. Simpele berichten worden opeens standaard noodgevallen als je kiest voor jezelf. Een Whatsapp bericht dat niet gelezen wordt, een SMS om te zeggen dat er een Whatsapp is verstuurd, een bericht op Facebook om te zeggen dat er een SMS is verstuurd. Tien minuten niet bereikbaar geweest. Was niet dringend hoor, wou gewoon wat kwijt. Grmbl.

Ik ben op ontelbare manieren bereikbaar; werktelefoon, thuistelefoon, mobiel telefoonnummer, 3 privé e-mailadressen, werk e-mailadres, Facebook, Whatsapp, Messenger, Twitter, SMS. Of heb ik ze nu juist opgeteld? Moeilijker bereikbaar zijn dan de paus, als het mij uitkomt. Focus houden. Verandering van leven moet motivatie genoeg zijn. Digitale stilte. Analoge revolutie!

Nog niet eens begonnen, nu al buiten adem.

“De slaapkamer staat er nog steeds hetzelfde bij, alles op dezelfde plek, onveranderd, een tijdcapsule…”

Loading